Boekzaal der Heeren en Dames (1762-1765)

Titelbeschrijving
De Boekzaal der Heeren en Dames, of Magazyn van zeldzame Historien, of gevallen, en een mengeling van ernstige en boertige verhandelingen. Tot Nut, Vermaak, en oeffening van het Verstand, uit veele Taalen te zamen gebracht. en eenige in ’t Nederduitsch ontworpen. 

Periodiciteit
In de Leydse Courant van 28 juli 1762 adverteert de uitgever voor het eerst voor de Boekzaal der Heeren en Dames: ‘een Werkje, ’t welk Maandelyks zal vervolgd worden’.
In 1763 had de uitgever te kampen gehad met enige vertraging. Dat moet althans de reden zijn geweest dat hij in de Leydse Courant van 2 januari 1764 bericht dat het werk voortaan ‘op den preciesen tyd [zal] uitkomen’.
De halfjaarlijkse delen zijn blijkens de titelpagina’s gedateerd op 1762 (deel 1), 1763 (deel 2), 1764 (deel 3-4) en 1765 (deel 5-6).

Bibliografische beschrijving
In klein octavo.
De afzonderlijke afleveringen moeten een eigen titelpagina hebben gehad, maar die zijn verdwenen doordat er bij het inbinden, overeenkomstig de instructies van de uitgever, een nieuwe ordening is aangebracht.
De delen verschillen in omvang: deel 1 telt XII (Inhoud en Voorbericht) + 451 pagina’s; deel 2 telt II (Inhoud) + 64 (Dichtkundige Proeven Vervattende in zig allerhande zoorten van Mengel-Dichten. Van, en onder opzigt, van ’t Kunstgenootschap, Libere Modeste tamen) + 380 pagina’s; deel 3 telt V (Inhoud) + 510 pagina’s; deel 4 telt II (Inhoud) + 392 pagina’s; deel 5 telt II (Inhoud) + 400 pagina’s; en deel 6 heeft II (Inhoud) + 411 pagina’s. Blijkens de titelpagina bevat ieder deel ‘koopere Plaaten’; in het bestudeerde exemplaren is dit daadwerkelijk het geval in deel 1-4 (12 in totaal).

Boekhistorische gegevens
De delen 1 en 2 zijn gedrukt en uitgegeven door Johannes Willem Kanneman, stadsdrukker en boekverkoper in Zaltbommel. Vanaf deel 3 is hij gevestigd in Amsterdam.
Blijkens diverse advertenties kostte iedere aflevering 6 stuivers; voor deel 3 moesten 8 stuivers worden neergeteld.

Medewerkers
De Boekzaal wordt wel toegeschreven aan Franciscus Lievens Kersteman (1728-1793), omdat veel van zijn publicaties zijn uitgegeven door de Bommelse drukker Kanneman. Bovendien komt de lezer in de Boekzaal een relatief groot aantal bekende titels tegen uit het oeuvre van Kersteman. Zo leunt het vertoog ‘De Wiskunst in het Geluk of Ongeluk der Loteryen’ uit deel 1 sterk op de eerste brief uit Kerstemans Spiegel der Weereld ([1e dr. 1759]). Deel 2 bevat een ‘Kern der Historie en Aanhangsel op het Leven van Jacob Campo Weyerman […]’: over Kerstemans Zeldzaame levens-gevallen van J.C. Wyerman (1756) en het Aanhangzel behoorende tot de zeldzaame levens-gevallen van J.C. Wyerman, op de Voor-Poorte van den Hove van Holland in ‘sGravenhage Overleeden (1763). In deel 3 en 6 staan ‘Aanmerkingen’ op het eerste stukje van Kerstemans Academie der jonge Practizyns (1765) en er zijn vier ‘stukjes’ overgenomen uit Kerstemans Boere Studeerkamer (deel 3-6).
Toch moet de toeschrijving op een misverstand berusten. Kersteman noemt de Boekzaal nergens in zijn autobiografie, in tegenstelling tot zijn overige werken. Bovendien vindt hij de Boekzaal, aldus zijn Boere Studeerkamer, ‘verzamelingen van Prullen, en uittrekzels van een party zotte Romans!’ (deel 1, p. 129). Het is niet waarschijnlijk dat een broodschrijver als Kersteman zijn eigen oeuvre omlaaghaalt. Daar komt bij dat de schrijfstijl en spelling niet overeenkomen met die uit Kerstemans andere werk.
Wie de redacteur wel is, is niet bekend. Ingezonden brieven zijn onder anderen van ene C.V.F.L., A. van Cr. uit Rotterdam, Egbert Buis, Petrus van H. (deel 1), een Heer te D***, J. van A… uit Rotterdam (deel 3).
Vanaf deel 2 is er sprake van een samenwerkingsverband met het (Nijmeegse?) kunstgenootschap Libere Modeste Tamen. De Dichtkundige proeven vervattende in zig allerhande zoorten van mengel-dichten (1763) van dit genootschap was in dit deel opgenomen. De leden vonden dat de ‘Dichtkundige Uittrekzels in zommige Stukjes’ uit deel 1 van de Boekzaal ondermaats waren en hadden aangeboden ‘Maandelyks een heel of half blad, na mate de Stoffe zal komen uitteleveren’ een dichtkundige rubriek te beginnen.

Inhoud
Vertalingen uit het Engels, Duits en Frans (Voorbericht); een enkele keer betreft het een origineel Nederlandstalig werk. De Boekzaal bevat een keur aan ‘oppervlakkige Galante, Minnehandelende en vermaak inscherpende Geschiedenissen’, soms satirisch, maar in alle gevallen bedoeld om de zeden te verbeteren. Verder zijn er samenspraken, biografietjes, zedekundige vertogen, dichtwerken, al dan niet gefingeerde brieven (bijvoorbeeld een ‘Brief van een Vrijmetselaar’ in deel 5, p. 194-203) en boekbesprekingen. Bekende namen komen voorbij, zoals Voltaire, Rousseau, Maria Geertruid de Cambon-van der Werken, Onno Zwier van Haaren, Leibnitz, Gellert, Rabener.
De selectie zal de lezers van de Boekzaal ertoe aanzetten de desbetreffende werken aan te schaffen, zo meldt de redacteur in het Voorbericht in deel 1. De ‘opgepronkte Titels van zommige Boeken’ hebben er immers toe geleid dat er de laatste jaren aanmerkelijk minder wordt gelezen: het heeft de ‘beminnaren der Letterkunde in ’t algemeen een weerzin gegeven, eenige Historien of Geschiedenissen, hoe genaamd, te kopen’. Wellicht spreekt hier uitgever Kanneman zelf, die middels de Boekzaal wat Kerstemanniana tracht te verkopen.

Het Voorbericht geeft ook informatie over de opzet van de Boekzaal:

Om de nieuwsgierigheid der Leezeren, verscheidentlyk te konnen uitlokken, zal men agter elk Stukje onzer BOEKZAAL vinden, eenige Merkwaardige Berigten wegens den Inhoud der fraaiste en deftigste Treur- Bly als Kluchtspellen, die hedendaags op de Amsterdamsche Schouwburg gespeeld werden; benevens eenige hooge Politicque en Militaire Avancementen binnen deze Republicq; Byzonderheden, aangaande de Konsten en Wetenschappen in ons Vaderland, met vrymoedige en onpartydige Aanmerkingen; De Aanmerkelykste zaken en Gebeurtenissen, zo binnen als buiten Nederland voorvallende, met oordeelkundige Reflectien; De Politicque Verrekyker, of den Beredeneerden Oorlog, doormengd met vermakelyke, satyrique en Galante uitdrukkingen; En eindelyk, een Naamlyst van alle uitkomende Nieuwe Boeken.

Deze opzet – later met een nieuw toegevoegde rubriek dichtwerk – levert ieder half jaar een compleet boekdeel van de Boekzaal op, met een eigen titelpagina en inhoudsopgave. Het schouwburgnieuws, de naamlijst met nieuwe boeken en de ‘andere gemelde onderwerpen’ worden op aparte bladen gedrukt ‘om naderhand van de Boekzaal te konnen afgezondert, en op zig zelfs gebonden worden’.
Het heeft in ieder geval geleid tot het Schouwburg-Nieuws (1762-1765) en het Nederlandsch Mengel-Nieuws (1762-1765), die door Kanneman als zelfstandige uitgaven op de markt zijn gebracht. De ‘Politicque Verrekyker’, die volgens advertenties geschreven is ‘in de smaak van Doudyn’ – Hendrik Doedijns, schrijver van de Haegse Mercurius (1697-1799) – en de overige rubrieken zijn opgenomen in het Nederlandsch Mengel-Nieuws. 
Deze opzet verklaart de inhoud van het bestudeerde (Haagse, gedigitaliseerde) exemplaar van de Boekzaal. Opvallend is daar de afwezigheid van aparte titelpagina’s van de afzonderlijke afleveringen en een inhoud die afwijkt van wat er in advertenties wordt aangekondigd. Zo bestaat de eerste aflevering volgens de Leydse Courant van 28 juli 1762 uit de volgende onderdelen:

1. Verhandeling over de Liefde, haare Eigenschappen en Vermogens. 2. De Gruuwelykste Min of Liefdens Vervreemding in den Huwelyken Staat. 3. De Deugdzaame Minnaar. 4. Het aangenaame Nagtspook of Verliefde Lugtbewoonder. 5. Het Volmaakte Huwelyk. 6. De gedwonge Simpathie. 7. De Wiskonst in het geluk en ongeluk der Loterye. 8. Schouwburgs-Nieuws of merkwaardige Inhoud der Toneelspeelen. 9. Politique en Militaire Avancementen. 10. Byzonderheeden wegens Konsten en Weetenschappen. 11. Aanmerkelyke Zaaken, zoo binnen- als buitenslands voorvallende. 12. De Politique Verrekyker in de smaak van Doudyn; En eindelyk 13. Naam Lyst van uitgekomene Boeken in 1762.

Deel 1 bevat inderdaad de nrs. 1 t/m 7. De hierboven genoemde nrs. 8 t/m 13 zijn rubrieken en zijn bij het inbinden uit de Boekzaal verwijderd. Deel 1 zet de nummering voort met 8 t/m 12, die hebben toebehoord aan de tweede aflevering (Middelburgsche Courant van 9 september 1762); de nrs. 13 t/m 17 van deel 1 zijn afkomstig uit de derde aflevering (Oprechte Haerlemsche Courant van 2 oktober 1762); de nrs. 18 t/m 28 uit deel 1 uit de vierde aflevering, de nrs. 29 t/m 39 uit de vijfde aflevering (Opregte Groninger Courant van 7 december 1762) en de nrs. 40 t/m 45 uit deel 1 uit de zesde aflevering van december 1762 (Opregte Groninger Courant van 8 maart 1763).

Relatie tot andere periodieken
Het Nederlandsch Mengel-Nieuws (1762-1765) behoort samen met het Schouwburg-Nieuws (1762-1765) tot de Boekaal der Heeren en Dames. De twee werken worden in de voettekst aangeduid als ‘IIIde’ resp. ‘IIde Afdeeling’. De ‘IVde Afdeeling’ is het ‘Letter-nieuws of Naamlyst van Uytgekomene Nieuwe Boeken’: het is niet als zelfstandige titel op de markt gebracht maar bevindt zich in deel 2 van het Nederlandsch Mengel-Nieuws.

Exemplaren
STCN 159565820
¶ Full text deel 1deel 2deel 3deel 4deel 5 en deel 6

Literatuur
¶ A.J. Hanou, ‘De Boekzaal der Heeren en Dames (1765). Beelden van de vrijmetselarij 11’, in: Thoth 47 (1996) p. 11-19
¶ A. Vos, ‘Johannes Willem Kanneman, boekdrukker en uitgever in Zaltbommel, 1744-1764’, in: Bijdragen en Mededelingen Vereniging Gelre 85 (1994), p. 89-117

Rietje van Vliet
update 26-10-2021