Boertege Samenspraeken en Mengel-Dichten (1783)

Titelbeschrijving
Boertege Samenspraeken en Mengel-Dichten, In het Wonderjaar 1783. door D.K. No I [2].

Periodiciteit
Deze teksten kunnen uitsluitend als periodiek worden bestempeld op grond van het ‘No I’ en ‘No 2’ op de titelpagina’s van de twee ‘afleveringen’.

Bibliografische beschrijving
De afleveringen, in octavo, bevatten elk 8 bladzijden; de eerste bladzijde is tevens titelpagina. Het geheel is doorgepagineerd 1-16.

Medewerkers
De auteur Dirk KUIPERS (1733-1796), Dordtenaar, keerde na allerlei oponthoud elders in Holland terug naar zijn geboortestad, waar hij vóór zijn overlijden nogal wat keren door justitie opgesloten werd. Hij was muntmeester, schilder en literator.

Inhoud
De eerste aflevering bevat, na een ‘Voorzang’ waarin de vrijheidshoed van de burger bezongen wordt, twee samenspraken op rijm en metrum. De eerste is die tussen Land-heer en Kees (een boer). Land-heer is een landedelman die zich niets laat gelegen liggen aan de rechten van anderen.

De Vrijheid van een Edelman is, dat hij uw Dogters mag gebruiken;
Uw wijf soenen, terwijl ge op ’t veld zweet in den bouw. (p. 4)

In de tweede samenspraak, tussen Kees en Jaep, verstaat de verontwaardigde Kees zich met buur Japik om hun vrijheid te verdedigen. Zij gaan met hun mede-dorpelingen op zoek naar hun oude geweren. Deze aflevering bevat enkele gedichten, van anacreontische en licht-erotische aard.
Het geheel is als politieke agitatie of als satire niet bijzonder geslaagd.

Exemplaren
¶ Den Haag, Koninklijke Bibliotheek: Pfl. 20583 en 20584
¶ Full text nr. 1 en nr. 2

Literatuur
¶ Pieter Breman, ‘Dirk Kuipers (1733-1796), onverbeterlijk kunstenaar’. In: Mededelingen van de Stichting Jacob Campo Weyerman 21 (1998) p. 65-86, aldaar p. 77-78.

André Hanou