Europa op het Einde Der Agttiende Eeuw (1790)

Titelbeschrijving
Europa op het Einde Der Agttiende Eeuw.

Periodiciteit
De afleveringen zijn niet gedateerd. Het betreft hier volgens Saakes’ Naamlijst van maart 1790 (p. 11) een ‘Maandwerkje’. In december 1790 zijn, aldus Saakes, 7 nrs. verschenen.

Bibliografische beschrijving
In octavo. Resterend zijn slechts een deel waarin geen afzonderlijke afleveringen herkenbaar zijn en een ‘No. 7’ met aparte omslag waarop deze aanduiding.
Genoemd ‘deel’ heeft een voorwerk van IV pagina’s. Dat bevat een aparte titelpagina, waarop na de titel een motto uit Ovidius, ‘Eerste deel’ en impressum volgen. Hierna komen 11 brieven (p. 1-382). Op verschillende plaatsen (p. 64-65, 193, 321) wordt verwezen naar de nrs. 1, 2, 3 en 5, zonder dat de lezer die als zodanig kan terugvinden. De mogelijkheid bestaat dat dit een herzette uitgave is.
De brieven volgen elkaar onmiddellijk op: 1 (p. 1-12), 2 (p. 13-25), 3 (p. 26-36), 4 (p. 37-59), 5 (p. 60-90), 6 (p. 91-120), 7 (p. 121-128), 8 (p. 129-161), 9 (p. 162-275), 10 (p. 276-339), 11 ( p. 340-382).
Het losse nr. 7 heeft geen eigen titelpagina (wél: een eigen omslag). Het begint met de titel, waarna volgt: ‘Twaalfde brief’ (p. 1-64).

Boekhistorische gegevens
De titelpagina van het eerste deel meldt: ‘Te Dordrecht, Bij de Leeuw en Krap’.
Het losse nr. 7 heeft op het omslag dezelfde opgave, met de toevoeging: ‘NB. De stukjes moeten niet doorgestoken worden’.
Prijs nr. 1: 8 stuivers (Saakes maart 1790, p. 11).
Prijs 7 nrs.: ƒ 2:16 (Saakes december 1790, p. 75).

Medewerkers
Blijkens de advertentie in de Rotterdamse Courant van 18 maart 1790 is het blad ‘samengesteld door een Gezelschap Nederlanders, buiten het Vaderland wonende’.

Inhoud
Saakes karakteriseert in maart 1790 het blad als volgt: ‘Behelzend een beoordeelend Tafreel van den tegenw. Staatsgesteldheid, en schets der voornaamste Gebeurtenissen onzes tijds’ (p. 11).
In de eerste brief wordt de fictie opgebouwd dat de schrijver tegemoetkomt aan het verlangen van een vriend, die informatie wil over de verwarde toestand in Europa.
De aparte stukken zijn doorgaans in hun geheel gewijd aan de situatie in een bijzonder gebied; bijvoorbeeld Polen, de Oostenrijkse landen. De beschrijving lijkt geïnspireerd door Franse belangen, is vaak ‘verlicht’ van aard en sympathiserend met de revolutie.
De mogelijkheid bestaat dat dit alles een vertaling is van een Frans origineel, ontstaan in patriotse kring.

Exemplaar
STCN 240806395
¶ Full text deel 1  en deel 2, nr. 7

André Hanou