Genees- Natuur- en Huishoud-Kundig Kabinet (1779-1791)

Titelbeschrijving
Genees- Natuur- en Huishoud-Kundig Kabinet, of uitgezogte verzameling van de nieuwste en nuttigste verhandelingen proeven en waarneemingen, uit de voornaamste buitenlandsche akademien en genootschappen, en de beroemste in- en uit-landsche schrijveren, ten nutte onzer landsgenooten bijeen vergaderd door eenige liefhebberen dezer weetenschappen, en uitgegeeven door J. Voegen van Engelen, M.D. lid van het Provintiaal Utrechts Genootschap van Konsten en Weetenschappen.
Verkorte titel: Geneeskundig Kabinet.

Periodiciteit
In 1778 verscheen het Ontwerp wegens een nieuw werk, onder den tytel van Genees- Natuur- en Huishoud-Kundig Kabinet, dat tevens is afgedrukt in deel 1 van het Geneeskundig Kabinet. In een advertentie in de Leydse Courant van 4 januari 1779 deelt de redacteur mee dat hij, wegens schending van het auteursrecht door de uitgevers van de Genees- Nnatuur- en Huishoud-Kundige Jaarboeken (1778-1782), waarvan hij hoofdredacteur was, bij andere uitgevers gaat beginnen met zijn concurrerende blad Geneeskundig Kabinet.
De bedoeling was dat er gedurende drie jaar iedere twee maanden een aflevering het licht zou zien. Dit laatste voornemen bleek moeilijk realiseerbaar: in deel 2 neemt de hoofdredacteur zich voor om het blad regelmatiger dan voorheen te doen verschijnen. Na zijn vertrek in 1782 – het eerste voornemen om slechts drie jaargangen te verzorgen werd dus wel nagekomen – werden de tussenpozen echter steeds langer.
In totaal verschenen er 4 delen van 6 afleveringen elk. Deze afleveringen zijn in een nieuwe rubrieksgewijze ordening ondergebracht in twee banden, waardoor ze als zodanig niet meer zijn te herkennen.
De verschijningsfrequentie werd naarmate de politieke strubbelingen toenamen, steeds lager. Deel 1 (1779) bestrijkt het jaar 1779 en deel 2 (1781) de jaren 1780 en 1781. Deel 3 (1782) verscheen voor het jaar 1782 maar was pas blijkens het ‘Woord aan het Publiek’ pas in 1784 gereed. De eerste aflevering van deel 4 verscheen in 1788, de nrs. 2 en 3 in 1789, nr. 4 in 1790 en nr. 5 in 1791. In deze laatste aflevering is wel sprake van een ‘volgend Stukje’, maar daar is het niet meer van gekomen.

Bibliografische informatie
De delen hebben een eerste en tweede ‘stuk’. Daarbinnen zijn er rubrieken (‘afdelingen’), die afzonderlijk doorlopend zijn gepagineerd. Aan het eind van de delen is een uitvoerig, niet-alfabetisch register. Aan het einde van deel 1 bevindt zich een lijst intekenaren.
Het blad is geïllustreerd. Zo bevat nr. 17 drie afbeeldingen van West-Indische vogels en ook nr. 26 bevat drie platen (Leydse Courant 3 januari 1780 en 26 april 1784).
De titelpagina van de afleveringen (‘stukjes’) heeft met ingang van deel 4 de complete inhoudsopgave, die samen met het titelblok (verkorte titel, deel- en afleveringsnummer) en het impressum zijn ingekaderd door middel van een sierrand.
De indeling in rubrieken blijft in deel 4 gehandhaafd maar de omvang is aanmerkelijk afgenomen. De druk en het papier van deel 4 zijn minder verzorgd dan die van de voorgaande delen.

Boekhistorische gegevens
Het impressum op de titelpagina van de eerste drie delen luidt: ‘Te Leyden, Bij J. van Tiffelen, en B. Onnekink’. Deel 4 is uitgegeven ‘Te Leyden, Bij de Erven F. de Does’.
De prijs per aflevering varieerde, afhankelijk van het aantal pagina’s en de platen die er al dan niet in zijn opgenomen. Zo kostte, blijkens de advertenties in de Leydse Courant van 26 april 1784 en 30 mei 1791, nr. 26 (deel 3) 22 stuivers en nr. 5 (deel 4) 12 stuivers. De prijs per deel was ƒ 4:4 per jaar (deel 2, Voorberigt).

Medewerkers
De hoofdredactie was tot 1782 in handen van Jacob VOEGEN VAN ENGELEN (1755/1756-ca 1804). Deze in Leiden opgegroeide, opgeleide en werkzame adjunct-stadsgeneesheer vertrok naar Suriname waar hij ‘Geneesheer en Raad in den Edelen Hove van Civiele Justitie der Kolonie’ was. Later was hij er actief als drukker en uitgever van de Surinaamsche Courant.
Zijn conflict met de uitgevers van de Geneeskundige Jaarboeken leidde ertoe dat Voegen van Engelen zijn auteurs ‘meenam’ naar het Geneeskundig Kabinet. Petrus CAMPER (1722-1789), Andreas BONN (1738-1817), Alexander BALTHAZAAR (fl. 1762-1795), Jan David PASTEUR (1753-1804) en Jean Henri VAN SWINDEN (1746-1823) bijvoorbeeld publiceerden aanvankelijk in de Jaarboeken, maar later alleen nog in Van Engelens nieuwe blad. Daarbij nam Van Engelens vriend Jan David Pasteur, commies der konvooien en secretaris te ’s-Gravendeel, steevast de rubriek Natuurkunde voor zijn rekening.
Na het vertrek van Van Engelen zouden Pasteur, de Leidse chirurgijn Alex Balthazar, en de latere hoogleraar geneeskunde en natuurlijke historie Sebald Justinus BRUGMANS (1763-1819) het redactionele werk voortzetten. Zij hadden Van Engelen gevraagd vanuit het verre Suriname bijdragen te blijven leveren, hetgeen deze had toegezegd. In de praktijk echter bleek geen van de drie opvolgers de voortzetting van Van Engelen geesteskind op zich te hebben genomen.
In het voorbericht van deel 4, eerste stuk, deelt Hermanus Adrianus BAKE (1754-1805), stads-vroedmeester en lector in de verloskunde te Leiden, de lezers mee dat de mannen ‘wier Verhandelingen aan de voorige stukken van het Kabinet een uitneemend nut en sieraad byzetteden’, gulhartig hebben beloofd hem nieuwe bijdragen te leveren. Alleen Pasteur heeft zich aan zijn toezegging gehouden.
Een verhandeling van de Amsterdamse arts Jan Petersen MICHELL (1760-1795), waarvan het eerste deel in deel 3 was verschenen, kreeg pas zo’n vijf jaar later, in deel 4, een vervolg.

Inhoud
Ieder deel bevat in het eerste stuk wetenschappelijke verhandelingen op genees-, natuur- en huishoudkundig gebied. In het tweede stuk zijn nieuwe uitvindingen, meteorologische waarnemingen, nieuwe boeken, sterfte-, geboorte- en trouwlijsten opgenomen. De artikelen zijn doorgaans praktisch van aard en bevatten dikwijls observaties over kwalen ziektes en hun behandelwijze. Er worden niet alleen geneeskundige maar ook praktische oplossingen gegeven.

Relatie met andere periodieken
Het Genees-Kundig Kabinet was een geslaagde poging van Jacob Voegen van Engelen om te concurreren met de Geneeskundige Jaarboeken (1778-1782). Zijn ruzie met de uitgevers van dat blad is interessant omdat ze laat zien wat de opvattingen waren over de auteursrechtelijke positie van broodschrijvers en beroepsjournalisten. Het conflict werd uitgevochten in de Leydse Courant, het Geneeskundige Kabinet en de Geneeskundige Jaarboeken.
Besprekingen van het Geneeskundig Kabinet zijn te vinden in de Vaderlandsche Letteroeffeningen en de Maandelyke Uittreksels, of Boekzaal der Geleerde Waerelt. Afgaand op het gunstige onthaal in het eerstgenoemde recensieblad had het Geneeskundig Kabinet meer succes dan de Geneeskundige Jaarboeken, die daar helemaal niet meer werden besproken.

Exemplaren
¶ Utrecht, Universiteitsbibliotheek: O Oct. 307-309 (deel 1-3)
¶ Amsterdam, Universiteitsbibliotheek: 3065:1-4 (deel 1-4)
¶ Amsterdam, Universiteitsbibliotheek: KVB PPA 645:17 en KVB CAHAIS 1780-1786:82 en 162 (prospecti)
¶ Leiden, Museum Boerhaave: f nchv 70

Literatuur
¶ Arianne Baggerman, ‘A Consequential Ill that Freedom Draws’. Intellectual Property and Authorial Visibility in the Case of Jacob Voegen van Engelen versus his Publishers’, in: Quaerendo 37 (2007) 3, p. 187-211.
¶ Arianne Baggerman, ‘Stank voor dank. Broodschrijvers in dienst van de Dordtse uitgeversfirma A. Blussé en zoon’, in: Mededelingen van de Stichting Jacob Campo Weyerman 24 (2001), p. 57-66.
¶ Arianne Baggerman, Een lot uit de loterij. Familiebelangen en uitgeverspolitiek in de Dordtse firma A. Blussé en Zoon, 1745-1823 (Den Haag 2000), p. 238-253.

Rietje van Vliet