Nederlandsche Courant (1783-1787) – editie Koning/Verlem

Titelbeschrijving
Nederlandsche Courant.

Periodiciteit
De krant verscheen drie keer per week (op maandag, woensdag en vrijdag), van 8 september 1783 t/m 3 oktober 1787.
De krant werd op 8 september 1786 door de Staten van Gelderland verboden. Op 24 september 1787, toen de Pruisische troepen Amsterdam al waren binnengetrokken, kreeg de krant van de baljuw en schepenen van de Watergraafsmeer een verbod opgelegd. Op 27 september 1787 volgde een verbod te Leiden. Op 4 oktober werden patriotse kranten zowel in Leiden als in Amsterdam verboden. De Nederlandsche Courant was toen reeds ter ziele.

Bibliografische beschrijving
De krant, een half vel folio aan weerszijden bedrukt, is met uitzondering van de driekoloms zeetijdingen in twee kolommen opgemaakt. Er worden frequent dubbele kranten uitgegeven. Het titelblok bevat aan weerszijden van het titelvignet: jaartal en afleveringsnummer; titel; colofon; dag en datum.
Het vignet vertoont grote gelijkenis met dat van de Noordhollandsche Courant (1778-1781). Het stelt Neptunus en Mercurius voor, aan weerszijden van een blanco schild. Hierachter staat een vrouw met een vogel op haar hand. Vanaf 3 december 1783 staat op het wapenschild ‘Nieuwer-Amstel’, vanaf 14 november 1785: ‘Diemer-Meer’.

Boekhistorische gegevens
In het titelblok van nr. 1 staat: ‘Word uitgegeven te Amsterdam By Jan Verlem in de Warmoesstraat, het derde Huys van de Pylsteeg’. De drukker wordt niet bekend gemaakt. In nr. 2 (10 september 1783) is de colofon gewijzigd in: ‘Gedrukt onder Nieuwer-Amstel. Word uitgegeven By Jan Verlem, in de Warmoesstraat’. Op de achterzijde staat dan ‘Ter Drukkerye door Harmanus Koning, voor Z.M’.
Hiermee wordt vermoedelijk bedoeld: voor zijn meester (Tegelaar; zie onder). Deze laatste toevoeging is verdwenen op 29 oktober 1783. Het impressum wordt op 14 november 1785 veranderd in ‘Ter Drukkerye door Harmanus Koning in de Diemer- of Watergraafs-meer’. Het impressum van de afleveringen van 1 en 3 oktober 1787: ‘Ter Drukkerye door Harmanus Koningen Matthys Koon in Comp., in de Diemer- of Watergraafs Meer’.
Koning was door het verbod op zijn Diemer- of Watergraafs-Meersche Courant op 7 augustus 1783 genoodzaakt geweest zijn drukkerij in de Watergraafsmeer te van de hand te doen. Snel had hij met de koper, de Amsterdamse koopman Jan Gabriel Tegelaar, de Nederlandsche Courant gelanceerd, maar de truc van een nieuwe naam en een nieuwe eigenaar had geen succes. Ook deze krant werd verboden.
Toen de gezamenlijke onderneming van Koning en Tegelaar op een financieel en juridisch conflict uitliep, gingen ze weer uit elkaar (zie hierover de Nederlandsche Courant 17 november 1783). Er ontstond een moordende concurrentie tussen hun kranten, die allebei de naam droegen van de Nederlandsche Courant. Koning liet zijn krant als vanouds in Amsterdam distribueren door Jan Verlem. Tegelaar nam voor de distributie Willem Holtrop in de arm en vanaf 1 januari 1785 Dirk Schuurman.
Koning werkte aanvankelijk vanuit zijn nieuwe drukkerij aan de Overtoomseweg, onder Nieuwer-Amstel (Amstelveen). In november 1785 verhuisde hij opnieuw, deze keer naar zijn oude opstallen in de Watergraafsmeer. De strafvervolging waartoe Koning daar in september 1787 was veroordeeld, bracht Koning op het idee om een oude truc toe te passen: hij veranderde het impressum van de Nederlandsche Courant en ging voortaan werken vanuit de compagnie met zijn minderjarige neef Matthijs Koon. De komst van de Pruisen zorgde er desondanks voor dat de krant op last van de Amsterdamse burgemeesters met onmiddellijke ingang verboden werd.
Hoe het afliep met Koning is onduidelijk. De eigenaar-directeurs en schrijvers van onder andere de Nederlandsche Couranten konden, blijkens het Plakkaat van Amnestie (15 februari 1788), geen aanspraak maken op amnestie. Door zijn overlijden in mei 1788 had Koning echter geen amnestie nodig.
Verlem is enige jaren na zijn vlucht in 1787 teruggekeerd. Hij werd wegens het distribueren van ‘schandelyke libellen en boeken’ op 6 december 1791 veroordeeld tot het rasphuis en voor eeuwig verbannen uit Holland en West-Friesland. In 1795 nam hij echter de Vaderlandsche Courant over van uitgever Briët.

Medewerkers
Theodorus VAN BRUSSEL, de voormalige predikant die als redacteur ook bij Konings vorige kranten betrokken is geweest, stapte begin oktober 1784 over van de Verlemse Nederlandsche Courant naar de Vaderlandsche Courant. De verhuizing leverde hem venijnig commentaar op in zijn oude krant van 15 en 20 oktober 1784.Van Brussel werd vervangen door de Amsterdamse wiskundige Arnoldus Bastiaan STRABBE (1741-1805).
Verder heeft ook de Amsterdamse publicist Johannes Christiaan HESPE (1757-1818) aan de Verlemse Nederlandsche Courant meegewerkt. Hij verrichtte voor Verlem veel redactioneel werk: hij schreef voor de Politieke Kruyer en vermoedelijk ook voor de Diemer- of Watergraafs-Meersche Courant. Er wordt regelmatig gerefereerd aan berichten in de Politieke Kruyer; grote stukken worden eruit overgenomen (bijvoorbeeld op 18 en 23 augustus 1784, uit de Politieke Kruyer nr. 158). In 1786 vertrok hij echter, net als Van Brussel. Hij raakte betrokken bij de krant van de concurrent, die inmiddels was gaan heten: de Oprechte Nederlandsche Courant.

Inhoud
Patriotse krant met veel brieven, extracten uit brieven en officiële stukken, zeetijdingen, en veel advertenties.
De baljuw van de Diemer- en Watergraafsmeer stelde in april 1787 de schepenen in kennis van de klachten over de krant, afkomstig van aanzienlijke colleges, gezagsdragers en particulieren van onbesproken gedrag. De klachtenstroom was dermate groot dat Koning werd gemaand geen onbehoorlijke brieven meer te plaatsen. Het maakte weinig indruk.
Nadat Koning op 23 april 1787 een ode op de remotie van negen Amsterdamse raden had gepubliceerd, werd strafvervolging ingesteld. Intussen waren er nieuwe klachten bijgekomen: over de berichtgeving betreffende de aanhouding van prinses Wilhelmina bij Goejanverwellesluis en over een artikel waarin de Raad van State in kwaad daglicht werd gesteld. Dit alles leidde tot een boete van ƒ 3000 en een beroepsverbod.
Vooral de lagere sociale klasse voelde zich door de krant van Koning en Verlem aangesproken; deftige patriotten keerden zich ervan af. Desondanks of misschien wel daardoor bleef de Verlemse Nederlandsche Courant de grootste patriotse krant van Amsterdam en omstreken. De krant vond ook in Rotterdam gretig aftrek, maar de distributeur aldaar, boekverkoper Jan Krap, moest het op 8 maart 1783 als ‘uitgever en correspondent van de schandelijke Nederlandsche Courant’ wel ontgelden.
Een van de reacties op de Verlemse Nederlandsche Courant is: [N. Hoefnagel], Na-Courant op den Diemermeerschen nu genaamt Nederlandschen Courant, of (na nr. 3) de Na-Courant op den Nederlandschen Courant (z.p. [1783]).

Relatie tot andere periodieken
De krant is een voortzetting van de Diemer- of Watergraafs-Meersche Courant (1781-1783). In 1795 krijgt de Nederlandsche Courant een opvolger, die aanvankelijk de Voorheen Nederlandsche, nu de Vaderlandsche Courant heet, en na enige tijd de Vaderlandsche Courant (1795).

Exemplaren
¶ Den Haag, Koninklijke Bibliotheek: 533 A 3-5, 2215 A 1 [o.a. 89-99], 1645 B 11-14
¶ Amsterdam, Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis (IISG): PM 1290 en 16993.

Bronnen
Nieuwe Nederlandsche jaarboeken 1783, p. 1403-1404, 1935-1937; 1786, p. 304-307, 935-947; 1787, p. 4650-4652, 5345, 5780; 1788, p. 255-262.

Literatuur
¶ T. Jongenelen, ‘Gehaat bij vriend en vijand. de patriotse drukker Harmanus Koning’, in: Mededelingen van de Stichting Jacob Campo Weyerman 28 (2005), p. 25-47
¶ T. Jongenelen, Van smaad tot erger. Amsterdamse boekverboden 1747-1794 (Amsterdam 1998), p. 53, 69
¶ C. te Lintum, ‘Uit den Patriottentyd’ (Rotterdam 1908), p. 43
¶ W.P. Sautijn Kluit, ‘De Noordhollandsche-, Diemer of Watergraafsmeersche Courant, en beide Nederlandsche couranten’, in: Nijhof’s bijdragen voor Vaderlandsche Geschiedenis en Oudheidkunde, Nieuwe Reeks, deel 6, p. 365-409.

Rietje van Vliet