Nieuwe Amsterdamze Vliegende Faam (1718-1719)

Titelbeschrijving
De Nieuwe Amsterdamze Vliegende Faam, verhalende in ernst en boert het voornaamste nieuws uyt alle landen en steeden

Periodiciteit
Weekblaadje, dat vermoedelijk verscheen van ca. september 1718 tot februari 1719. In zijn Merkurius in nood ([22 september] 1718) heeft Jan van Gijsen het steeds over de Faam die op verschijnen staat, bijvoorbeeld: de ‘Faam, die nu in ’t kort staat weeklyks uyt te koomen’ (p. 2) en ‘de Faam die Maandag uyt zal koomen’ (p. 3).

Boekhistorische gegevens
Advertentie in de Amsterdamsche Merkurius van Jan van Gijsen (editie Van Monnem, deel 8, nr. 9): ‘By Hendrik van Monnem, wert alle Weken uytgegeven de Nieuwe Amsterdamze Vliegende FAAM […]’. Van Monnem zat toen in de Tuinstraat, Amsterdam, bij de Tweede Dwarsstraat.
Van Monnem adverteerde voor het blad in zijn nadruk van Van Gijsens Amsterdamsche Merkurius, nrs. 9 (ca. september 1718) t/m 22 (in de Van Egmont-editie gedateerd op 7 februari 1719).

Medewerkers
Blijkens de advertentie geschreven ‘door een voornaam Liefhebber’.

Inhoud
Nieuwsblaadje, ‘verhalende in ernst en boert het voornaamste nieuws uit alle landen en steden’ en ‘op rijm gesteld’.

Relatie tot andere periodieken
Van Monnem begon zijn advertenties te plaatsen, kort nadat Jan van Gijsen (in september) met zijn Amsterdamsche Merkurius bij hem was vertrokken en teruggegaan naar zijn oorspronkelijke drukker, Jacobus van Egmont. Van Monnem maakte nu nadrukken van Van Egmonts Merkurius, die hij echter alleen buiten Amsterdam verspreidde. Volgens Van Gijsen gaf hij daarbij echter voorrang aan de Vliegende Faam, waardoor de ‘Bewoonders van de omgeleege steên’ oude (en nagedrukte) mercuren kregen. Zo staat in de Amsterdamsche Merkurius, deel 8, nr. 14 (18 november 1718), de volgende versregels te lezen:

De Faam verspreyd hy [nl. Van Monnem] door het gansche Nederland,
en de Merkuuren houd hy willens agterhand,
tot drie, vier agter een’, en zend niet aârs als Faamen,
En zend hy dan eens een Merkuur moet ik my schaamen
voor de oude Stof die hun daar in werd op gedist.      

Exemplaren
Geen exemplaar bekend.

Bronnen
¶ Jan van Gijsen, Amsterdamsche Merkurius, deel 8 (1718/19), nr. 9-22 (ed. Van Monnem) en nr. 14
¶ Jan van Gijsen, Amsterdamsche Merkurius in nood (Amsterdam, J. van Egmont, [22 september] 1718).

Literatuur
¶ Anna de Haas, Jan van Gijsen (1668-1722), een journalistieke broodpoëet in de Jordaan (Amsterdam 2023).

Anna de Haas
update 30-9-2023