Onpartijdige Beoordeelingen (1797)

Titelbeschrijvingen
Onpartijdige Beoordeelingen zo van Oorspronglijke als in het Nederduitsch Overgebragte Werken, waar van eenige ook in andere talen naar het Hollandsch gerecenseerd zijn, als ook beknopte beoordeelingen van merkwaardige buitenlandsche schriften, enz. 1797.

Periodiciteit
Er zijn niet meer dan twee afleveringen bekend, met een bij elke aflevering behorende titelpagina waarop het jaartal 1797.

Bibliografische beschrijving
Uitgave in octavo. De afleveringen zijn gepagineerd 1-40 (titelpagina opgenomen in de telling) en 41-76 (titelpagina niet opgenomen in de telling).
De afleveringen zijn opgenomen in twee verzamelwerken van het hierna te noemen vrijzinnige genootschap; te weten in: Werken van het Genootschap, ter Bevordering van Waaren Godsdienst, deugd, kunst en wetenschap opgericht in de Bataafsche Republiek (Grave, A. van Dieren, 1797) en Eerste proeven van het Genootschap ter Bevordering van Waaren Godsdient [sic], deugd en wetenschap (Grave, A. van Dieren, 1798).

Boekhistorische gegevens
Blijkens de voorredes in deze twee uitgaven wilde het genootschap alle tot dan toe onder zijn verantwoordelijkheid verschenen uitgaven (verhandelingen, gedichten, enz.) samenbrengen, om nadien een andere opzet te geven aan haar bezigheden. De opgenomen teksten hebben doorgaans hun eigen titelpagina’s en paginering behouden: deze werken zijn convoluten.
De Beoordeelingen zijn dus afzonderlijk en na elkaar verschenen, en hadden eventueel onbeperkt als recenserende periodiek kunnen blijven verschijnen.
De uitgever-drukker is Adriaan van Dieren, te Grave. Saakes meldt in zijn Naamlijst van augustus 1797 (p. 369) dat men ƒ1:16 moest neertellen voor het eerste stuk van het eerste deel van de Werken van het Genootschap.

Medewerkers
Voor het vaststellen van de redactie en medewerkers zou een compleet onderzoek moeten worden ingesteld naar de geschiedenis van dit genootschap. Ledenlijsten daarvan zijn opgenomen in het voorwerk van de twee genoemde verzameldelen.

Inhoud
In de voorrede van de Werken van het Genootschap wordt met betrekking tot de idee achter de Beoordeelingen opgemerkt:

Behalven dat wij ons ten taak stelden, om merkwaardige nieuwe uitlandsche Boeken, ’t zij dezelve al of niet vertaald zijn, door beknopte en onpartijdige beoordeelingen, nader aan onze Natie te doen kennen; hebben wij ook gemeend, dat het niet ondienstig zoude zijn, om ook onze belangrijkste oorspronkelijke Werken, niet alleen in het Hollandsch, maar ook in het Fransch, Hoogduitsch &c. te moeten recenseeren, ten einde deze Werken, en door dezelven, het Bataafsch Vernuft, des te meer buiten ’s Lands bekend worde. (p. VII-VIII)

In beide afleveringen van het recensieblad vindt men vier rubrieken: Nederduitsche werken (hier wordt een recensie dus vaak in drie verschillende talen herhaald; overigens wordt hier soms ook inhet Nederlands vertaald werk besproken), Hoogduitsche, Fransche en Engelsche werken.
Uit het Nederlands taalgebied worden besproken: werk van Cornelis Zillesen, S.J. Brugmans, Johan Luzac, C.L. van der Weijde, Wabekamp, Barthelemy, Kotzebue, S. Gratama, J. van Geuns, J. Scharp, A. van der Willigen, A.G. Spangenberg, E. van Rantzau, M. Wollstonecraft.
Uit het Duitse: Donald Campbell, D.J.W. Olshausen, C.E. Fisscher, A.F.E. Jacobi, J.W. von Archenholz, G. Merkel, E. Weber, E.B. Courtois, C.W. Flugge, J.J. Höttinger, W.C. Friebe, Ladvocat.
Uit het Franse: Florian, A. Fantin-Desodoards, H. Grasset, A.H. Dampmartin, Ourcroy, Mongez & Dubarrant, M. Volney, J. Racine, J.F. Sobry.
Uit het Engelse: J.A.O. Keefe, Th. Beddoes, John lord Sheffield, W. Hayley, Th. Falconer, Darwin, Th. Paine.
In alle rubrieken worden ook ‘anonieme’ titels besproken.
De besprekingen tonen een duidelijke vrijzinnige en progressieve invalshoek.

Relatie tot andere periodieken
De recensent van de Vaderlandsche Letteroefeningen (1798) toont zich over het zojuist verschenen eerste nummer nog afwachtend:

Wy voor ons zyn, en ten dezen aanzien, en met opzicht tot den geheelen aanleg van het veel omvattend plan dezer nieuwe Maatschappy, door dit eerste voortbrengsel haarer werkzaamheden nog te weinig verlicht, om ons de beoordeeling aan te maatigen over een Werk, dat nog in de geboorte is, en waarvan, zoo als Directeuren zelve zeggen, de cirkel te groot en in te veel stukken verdeeld is, dan dat men dien, door de stof van één Stukjen, heeft kunnen vervullen. (p. 160)

Exemplaren
¶ Leiden, Universiteitsbibliotheek 1187 C 10:16 (nr. 1), 1187 C 9:6 (nr. 2)
¶ Full text nr. 1, nr. 2

André Hanou