Onpartydigen Europeaen (1796-1797)

Titelbeschrijving
Den onpartydigen Europeaen of Inlandsch en Buytenlandsch Nieuws.

Periodiciteit
Volgens een advertentie achterin de Catalogue d’une belle collection de livres […] délaissés par M. Triest (Gent, S.J. Fernand 1797) was het een ‘Gazette’ die dagelijks verscheen (na p. 47). De Koninklijke Bibliotheek van Brussel noemt in haar catalogus 1796 als jaar waarin de drukker-uitgever van het blad voor het eerst actief was. 
De Onpartydigen Europeaen werd samen met een groot aantal andere periodieken op 7 september 1797 verboden:

In aendagt nemende dat, om de existeerende saemenzweering te verdooven, om den burger-oorlog en de algemeene bloedstorting die er het onvermydelyk gevolg van gingen worden, te voorkomen, niets dringender is dan het fransch grond-gebied te zuyveren van de opentlyke vyanden der vryheyd en der constitutie.

De eigenaars, ondernemers, directeuren en schrijvers van deze periodieken, waaronder dus de Onpartydigen Europeaen, ‘zullen, zonder uytstel, gedeporteerd worden in de streeke door het directoire aen te wyzen’. Verder werden hun goederen geconfisqueerd.

Bibliografische beschrijving
Vermoedelijk had de Onpartydigen Europeaen dezelfde lay-out als de Franse editie: 4 pagina’s in groot kwarto, opgemaakt in twee kolommen.

Boekhistorische gegevens
Uitgegeven en vermoedelijk ook gedrukt in Brussel door ‘Mornéweck et Compagnie’. In diverse publicaties afficheerde Mornéweck zich als ‘bureau de l’Impartial Européen’.
Volgens genoemde advertentie kon men zich bij de Gentse veilinghouder Fernand abonneren op het blad: per drie maanden kostte dat 7 ‘fransche livers [sic] en half’ ofwel 7 livres dix sols’ (na p. 47).

Inhoud
Nieuwsblad met binnen- en buitenlands nieuws. Vermoedelijk was de Nederlandstalige editie een vertaling van de Franse editie (of andersom). 
In de Gazette van Gend van 7 maart 1796 staat een ingezonden brief afgedrukt van de gouvernementscommissaris Louis Ghislain de Bouteville aan de opsteller van ‘den Journal van Brussel’, gedateerd 2 maart 1796 (12 Ventôse IV). Uit deze brief blijkt dat de Onpartydigen Europeaen / Impartial Européen zich kritisch opstelde jegens het Franse bewind:

Borger, gelezen hebbende in eenen Journal genaemt l’impartial Européen (den onpartydigen Europeaen) no. 30, eenen artikel beginnende met deze woorden: Verscheyde brieven, zoo seffens ontfangen, behelzen zoo aengenaeme tydingen, dat wy moeyte zouden hebben die te gelooven, indien zy niet ondersteund worden door andere toegekomen stuks, die de egtheyd der zelve bevestigen. (Zie onze voorgaende Gazette).
Ik heb den Drukker van dit Nieuwsblad aenzogt om my die oorspronglyke brieven en bevestigende stuks te laeten zien, de welke zoo aengenaeme tydingen behelzen; hy heeft my dan getoond, 1. Eenen brief uyt Dusseldorf, die niet geteekend is, en waer in niets gezeyd word van de overeenkomst tusschen de fransche Republike en den Keyzer; 2. Een engelsch Nieuwsblad, genaemd Journal van de Oppositie, waer in de zoo-genaemde overeenkomst woord voor woord is uytgedrukt.
Ik bidde u deze Nota in uwen Journal te plaetsen, op dat het Publik zoude oordeelen hoe veel geloof het mag geven aen die tyding, en by gevolg aen den onpartydigen Europeaen.

Exemplaren
Van de Onpartydigen Europeaen geen exemplaar gevonden.

Bronnen
¶ Recueil des lois de la République Française, et des arrêtés du Directoire Exécutif, deel 8 (Gent, A.B. Stéven [1797]), p. 371-374 (wet nr. 1164, d.d. 22 Fructidor V).

Literatuur
¶ H.J. Vieu-Kuik en Jos Smeyers, Geschiedenis van de letterkunde der Nederlanden, deel 6 (Antwerpen/Amsterdam 1975), p. 554.

Rietje van Vliet