Prys-Courant der Effecten (1796-1842)

Titelbeschrijving
Prys-Courant der Effecten, berichten van Negotiatiën, Uitlotinge, Aflossingen en Betaalingen van Interessen.
Vanaf 21 oktober 1796 wordt aan deze titel toegevoegd: benevens de Pryzen der Huizen, &c. Met ingang van 3 januari 1799 wordt deze ondertitel gewijzigd in: benevens de Pryzen der in Veiling verkogte Huizen, &c. Gedurende de verschijningsjaren varieert de spelling van de titel enigszins. Vanaf 1 januari 1810 luidt de titel nog slechts Prys-Courant der Effecten.
Er verschenen ook vervolgen en bijvoegsels.

Periodiciteit
De eerste aflevering is gedateerd 2 augustus 1796. Saakes geeft in zijn Naamlijst van september 1796 abusievelijk 1 augustus 1796 als eerste verschijningsdatum (p. 281). Het colofon van het eerste nummer meldt dat de Prys-Courant op dinsdag- en vrijdagochtend uitkwam. Vanaf 29 mei 1797 lag het blad op maandag en donderdag in de winkel.
Op 28 november 1811 werd aangekondigd dat het blad niet meer zou verschijnen:

By eene arreté van myn heer den prefekt van het departement der Zuiderzee, in dato 18 dezer, volgens de decreten van Zyne Keizerlyke Majesteit, en op ontvangene instructien van den heer directeur-generaal der drukkeryen en boekhandel, moet deze prys-courant, met 1odecember aanstaande, worden gesuprimeerd.

Dit verschijningsverbod hield aan tot 25 november 1813. Vanaf die datum kwam er weer een prijscourant uit, met de gebruikelijke frequentie van tweemaal per week.

Bibliografische beschrijving
De prijscouranten hebben het formaat van een verticaal gehalveerd foliovel, aanvankelijk vaak met een lege achterzijde.

De omvang loopt in de jaren 1796-1814 uiteen van twee tot zes pagina’s. Het titelblok bevat achtereenvolgens het volgnummer, titel en ondertitel, plaatsnaam (Amsterdam), datum en het advertentietarief. De prijzen en koersen zijn in twee kolommen afgedrukt, van elkaar gescheiden door een verticale lijn. Op de laatste pagina staan over de volle breedte enkele advertenties. Vanaf 25 november 1813 heeft de langwerpige prijscourant een groter formaat.

Boekhistorische gegevens
Colofon:

Dit Blad word à ƒ 8:- ’s Jaars uitgegeeven des Dingsdags en Vrydags ’s morgens, te Amsterdam, by Cotray, op de Nieuwe Zyds Achterburgwal, achter het generaale Post-Comptoir; en verders in deeze Stad by de voornaamste Boekverkoopers; als mede in ’s Hage, by J. du Mee; Rotterdam, Hofhout en Zoon; Dord, Blussé en Zoon; en by de Boekverkopers in de overige Provintiën en Post-Comptoiren. (2 augustus 1796)

De naam van Nicolaas Cotray bleef t/m 15 mei 1833 aan de prijscourant verbonden. In de loop der jaren werden ook andere wederverkopers in het colofon genoemd, zoals M. Cyfveer Jz. uit Leiden, J. Visch uit Utrecht en de Wed. W. Abrahams uit Middelburg.
Cotray ontving zijn gegevens van de eerste beursorganisatie in Amsterdam, het Collegie tot Nut des Obligatiehandels, dat in november 1789 was opgericht om noteringen te controleren en betrouwbare koersgegevens te verstrekken.

Vanaf 1 januari 1808 werd de abonnementsprijs ‘uit hoofde der vermeerding van Kosten &c.’ verhoogd naar ƒ 8:10 per jaar. In het tweede nummer na het verschijningsverbod, 29 november 1813, wordt aangekondigd dat daarbovenop het bedrag van ƒ 2:15 voor het zegelrecht komt, ‘zullende ingeval van verandering van ’t Zegelregt zulks pro rato berekend worden.’ Vanaf 1 januari 1814 kostte het jaarabonnement voor Amsterdammers ƒ 11, inclusief het zegelrecht, en voor intekenaren in de ‘buitesteden’ ƒ 15:10 per jaar, ‘vrij van zegel en porten’. Abonnementen gingen vanaf dat moment in per begin van iedere maand (idem opzeggingen).
Het doen plaatsen van advertenties in deze prijscourant kostte 4 stuivers per regel (1 januari 1798). Vanaf 2 januari 1809 werd de minimale advertentieomvang vastgesteld op vijf regels, à 20 stuivers. Vanaf 3 januari 1814 moest voor advertenties van zes regels ƒ 1 worden neergeteld, vermeerderd met 3 stuivers voor iedere regel extra.

Inhoud
De prijscourant is te vergelijken met de beurspagina’s van de hedendaagse kranten. Ze bevat informatie over ‘Al het geene tot het financieele eenige betrekking heeft’: rentetarieven, wisselkoersen, koersen van effecten, uitlotingen, vervaldagen, huizenprijzen en dergelijke. Er staan ook advertenties in van kooplieden en effectenhandelaren. De krant bevat incidenteel berichten van de overheid over heffingen op bezittingen en eigendommen en over andere financiële maatregelen die bedoeld waren om de staatskas op orde te brengen. Ook hierdoor is de prijscourant een uitstekende bron voor de economische geschiedenis van Nederland.

Relatie tot andere periodieken
Over officiële en niet officiële prijscouranten als voorlopers van deze Prijs-Courant, zie het artikel van Sautijn Kluit (1875).
De Prys-Courant van Cotray werd voortgezet als het Amsterdamsch Effectenblad (1843-1943). De fusie van dit blad met De Dagelijkse Beurscourant in 1943 leidde tot Het Financieele Dagblad.

Exemplaren
¶ Amsterdam, Stichting Vereniging voor de Effectenhandel (volledig exemplaar).

Literatuur
¶ H.J. Hoes, ‘Voorgeschiedenis en ontstaan van het Financieele dagblad, 1796-1943’, in: Economisch- en Sociaal-Historisch Jaarboek 49 (1986) p. 1-43
¶ Website Beursgeschiedenis.nl (geraadpleegd 4-5-2018).
¶ W.P. Sautijn Kluit, ‘De Amsterdamsche prijs-courantiers in de 17e en 18e eeuw’, in: R. Fruin (red.), Bijdragen voor vaderlandsche geschiedenis en oudheidkunde, Nieuwe Reeks, deel 8 (’s-Gravenhage 1875), p. 58-66.

Rietje van Vliet