Troefblaadje (1776)

Titelbeschrijving
Een Troefblaadje uitgespeeld, tegens zekeren verwaande pedant agter de schermen; in een brief aan den zelven voorgestelt: Ter gelegenheid van zyne uitgegeevene naamloose Taal en dichtkundige mengelstoffen 1stestukje onder de spreuk Suum Cuique. No. 1.

Periodiciteit
Voor zover bekend is er van het Troefblaadje slechts één aflevering verschenen. Er is geen datum vermeld, maar aangezien het een reactie is op de Taal- en Dichtkundige Mengelstoffen van maart 1776, kan het verschijningsjaar met zekerheid op 1776 worden gesteld.

Bibliografische beschrijving
Nr. 1 verscheen in octavo en bevat 20 pagina’s, beginnend met de titelpagina, een nagenoeg blanco versopagina en op p. 3 de short-title met het begin van de eigenlijke tekst. Genoemde versopagina bevat een kort, ironisch bericht waarin de auteur zich verontschuldigt voor eventuele zetfouten.

Boekhistorische gegevens
De titelpagina meldt: ‘Te Amsterdam, By Frans Hendrik Demter, Boekverkoper, en alom in alle Steeden’.

Medewerkers
De anonieme auteur zegt een ‘Negotiant’ te zijn in ‘eene van onze Hollandsche steden’, die zich in zijn vrije tijd toelegt op de ‘goede letteren’ (p. 4), maar die tevens ‘een groot deel van zyn leeven op de beurs slyt’ (p. 17).
Vermoedelijk is hij uit Amsterdam afkomstig, getuige ook zijn opmerking over de brand – in 1772 – van ‘onzen Schouwburg’ (p. 17).

Inhoud
Het blad is een felle aanval op de schrijvers van de Taal- en Dichtkundige Mengelstoffen, waarin het dichtwerk van Kunstliefde Spaart Geen Vlijt en het toneelwerk van Balthazar Huydecoper, Lucretia van Merken en haar man Nicolaas Simon van Winter streng de maat werd genomen.
Het Troefblaadje neemt het voor hen op door in de eerste plaats de botte wijze van recenseren sterk te veroordelen (Hoe durft hun werk te ‘egalizeeren met het daagelyks Couranten nieuws’, p. 19) en in de tweede plaats de schrijvers van de Mengelstoffen een gebrek aan integriteit te verwijten (‘Ben je ook een gebrooden dienaar van de Boekverkoopers?’, p. 9). In de derde plaats wordt de kritiek zelf inhoudelijk weerlegd en ten vierde: de auteurs leggen op alle slakken zout en beschouwen zelfs een zetfout als een doodzonde (p. 11).
De kritiek in het Troefblaadje is overgoten met een ironische saus: ‘Ik feliciteer u met uw musicaal gehoor, en met de gesleepenheid van uw oordeel’ (p. 13).

Relatie tot andere periodieken
Het pamflet Twee vliegen in eéne slag (Utrecht 1776) is een reactie op het Troefblaadje.

Exemplaren
¶ Leiden, Universiteitsbibliotheek: 1190 E 39:2
Full text

Rietje van Vliet