Tyd- en Eeuw-Onderzoeker, voor het Jaar 1800 (1800)

Titelbeschrijving
De Tyd- en Eeuw-Onderzoeker, voor het Jaar 1800. Bevattende de ontwikkeling der gronden en bewyzen van de sterrekundigen omtrent de stelling dat het jaar 1800. na de geboorte J.C. het eerste jaar der negentiende eeuw is. 

Periodiciteit
Blad in 12 afleveringen. De auteur schrijft ermee te zijn begonnen ‘om zoo veel en zoo menigmaal als ik het nodig acht, een half blad in druk uit te geven, om daar in over de TYD en over de EEUWEN te handelen’ (p. 1). De verschijning van het blad zal afhankelijk zijn van de noodzaak, en van de drukte in de koophandel (p. 2).
In Saakes’ Naamlijst van mei 1800 blijken deze 12 afleveringen reeds ‘compleet’ te zijn verschenen. Bij het verschijnen van nr. 1 spreekt Saakes in februari 1800 van een ‘weekblad’ (p. 107).

Bibliografische beschrijving
In octavo. Het blad heeft een aparte titelpagina, en daarnaast 98 doorgenummerde pagina’s, waarin twaalf afleveringen van elk acht pagina’s.
Elke aflevering begint met een short title, waarna nummeraanduiding en tekst volgen.

Boekhistorische gegevens
De titelpagina vermeldt: ‘Te Rotterdam, By Nicolaas Cornel, op de Meent, 1800’.
De colofons na elke aflevering vermelden alleen de naam van Cornel. De colofon aan het einde van de laatste (p. 98) geeft echter: ‘En te bekomen te Amsterdam by W. Brave; Dordrecht V. Braam; Utrecht Otterloo en Paddenburg; Leyden Cyfveer; ’s Hage Thiery, Mensing en Leeuwenstein; Delft De Groot; Gouda W. Verblauw; Schiedam Poolman, enz. à 1 en ½ St.’.
Bij Saakes bedraagt de prijs 12 stuivers.

Medewerkers
Op de titelpagina staat de auteursnaam vermeld: Jan CANTZLAAR (1750-1822). Hij was koopman te Rotterdam; tevens wiskundige en natuurkundig onderzoeker.

Inhoud
Rond het jaar 1800 heersten grote meningsverschillen over het precieze begin van de nieuwe eeuw. Dat was als probleem nogal een novum. Cantzlaar kiest duidelijk partij. Hij stelt aan de orde of sterrenkundigen zich naar de tijdrekenaars moeten schikken, dan wel andersom.
Voor het overige draagt hij om zijn gelijk te bewijzen op wetenschappelijke wijze materiaal aan uit het verleden, uit de tijdrekenkunde en uit de astronomie. Hij verwijst daarbij naar zijn mening zoals reeds onder meer neergelegd in zijn Voorstelling dat het jaar 1800 (en niet het jaar 1801) het begin der negentiende eeuw is of moet zijn (1799).

Exemplaren
¶ Amsterdam, Universiteitsbibliotheek: P 63-2615
Full text

Literatuur
¶ NNBW deel 1, p. 560-561.

André Hanou