Volksblad wegens het Bataafsch Bestuur (1799)

Titelbeschrijving
Volksblad wegens het Bataafsch Bestuur.

Periodiciteit
Het periodiek verscheen tweemaal per week in 1799, op maandag en donderdag; er zijn 14 afleveringen bekend. Voor nr. 6 werd geadverteerd in de Leydse Courant van 20 mei 1799.

Bibliografische beschrijving
De afleveringen tellen 8 pagina’s in groot octavo. Het titelblok heeft slechts de titel en het volgnummer.

Boekhistorische gegevens
Colofon: ‘Dit Blad, zal alle Maandagen en Donderdagen worden uitgegeven, te Amsteldam, by C. Romyn, en verder door geheel de Republiek’. De prijs per aflevering bedroeg 1½ stuiver.

Medewerkers
Welke auteur schuilgaat achter de ik-figuur in dit blad, is niet bekend. Er worden hem ook bijdragen toegezonden. In nr. 4 staat de eerste ingezonden brief, over volksdeelname aan de burgerbewapening. Later neemt het aantal ingezonden artikelen toe.

Inhoud
De schrijver opent met een waarschuwing: de Staatsregeling schrijft weliswaar voor dat besluiten en bijgevolg alle geschriften van volksvertegenwoordigers openbaar moeten zijn, maar dat slechts weinig burgers hier werkelijk van kunnen profiteren. De gemiddelde burger is nu eenmaal niet in staat al die informatie tot zich te nemen. Het kost bovendien veel geld om de toevloed aan papieren aan te schaffen.

Een en ander overwogen hebbende, ben ik te raaden geworden, alle de openlyke werkzaamheden, alle de schikkingen, alle de besluiten van het Wetgeevend Ligchaam, en de verdere vergaderingen des Bestuurs in onze Republiek, voor zo verre dezelven eenige aanmerking verdienen, van tyd tot tyd voor u aantetekenen, op zulke eene wyze, dat ook de minvermogenden deeze myne aantekeningen magtig kunnen worden: verder ook in die eenvouwige, zuivere Nederduitsche taale welk voor ieder Nederlander verstaanbaar is […].

In het Volksblad passeren vele besluiten van het Wetgevend Lichaam de revue, die vervolgens kort worden becommentarieerd, geanalyseerd of voor de ‘minërvaren Lezers’ uitgelegd. De schrijver blijkt goed geïnformeerd, ook over gebeurtenissen buiten Holland en over rekesten van (voormalige) bestuurders of hun ambtenaren. Geruchten worden ook opgenomen, met daarbij de aankondiging dat de schrijver er later meer over zal berichten.
Er is veel aandacht voor de ‘gealimenteerde’ joden die in Amsterdam in het stemregister zijn opgenomen en voor burgerbewapening. Nr. 14 is deels gewijd aan de vraag ‘Wat is een anarchist?’. In het periodiek staan ook dichtstukjes afgedrukt.
De stijl is levendig en, geheel overeenkomstig het voornemen van de schrijver, vlot geschreven.

Relatie tot andere periodieken
In de nrs. 7, 8, 12 en 14 komt de Tooneelmatige Roskam (1799) ter sprake. In de nrs. 9-11 wordt gereageerd op de stellingname van de Binnenlandsche Bataafsche Courant van J. Stuerman, over de kwestie koppeling stemrecht en alfabetisme.

Exemplaren
¶ Utrecht, Universiteitsbibliotheek: Br *CLXXV* 13 (nr. 1-11, 13-14)

Literatuur
¶ Lotte Jensen, ‘Ten strijde tegen het ‘Kotzebueïsmus’ De Tooneelmatige Roskam, in één-en-twintig geestige en satyrique vertoogen (1799)’, in: De Achttiende Eeuw 45/1 (2013), p. 3-33, 11-13.

Rietje van Vliet/Pieter van Wissing