Vriend der Oprechte Vaderlandsche Jeugd (1789)

Titelbeschrijving
De Vriend der Oprechte Vaderlandsche Jeugd.
¶ In advertenties ook wel genoemd: Vriend der Jeugd.

Periodiciteit
Voor de Vriend der Oprechte Vaderlandsche Jeugd wordt voor het eerst geadverteerd in de Oprechte Haerlemsche Courant van 12 februari 1789. ‘Dit Maandwerk welke Maandelyks in zig zal bevatten vier à vyf gesprekken, en telkens met den eersten der Maand zal uitgegeven worden zal bestaan in twee of drie Deelen, ieder Deel is 2 Stukken of twaalf Maandwerkjes’.
Volgens Buijnsters (1989) had het blad weinig succes, al zijn er toch twee halfjaarlijkse delen (‘stukken’) verschenen.

Bibliografische beschrijving
In octavo.

Boekhistorische gegevens
Impressum: ‘Te Amsteldam, by J.H. Trop, Boekverkooper’. Hij was gevestigd op de Zeedijk.
Prijs per aflevering: 4 stuivers.

Medewerkers
In de Oprechte Haerlemsche Courant van 29 december 1789 wordt de Vriend der Jeugd aangeboden – overigens door de Amsterdamse boekverkoper J.R. Poster – met de opmerking dat het blad uit het Duits is vertaald en dat het origineel is geschreven door ‘G.K. Claudius’. 

Inhoud
De Oprechte Haerlemsche Courant van 12 februari 1789 meldt dat het een jeugdblad is dat jongens de nodige algemene ontwikkeling, bijbelkennis en burgerschapskunde moet bijbrengen. Het blad zal bestaan uit:

aangename gesprekken tusschen een Gouverneur en drie jonge Heeren over de Algemeene Geschiedenis. – De Staatsgesteltenis van ons Vaderland – Aardrykskunde. – De geschiedenis van ons Vaderland. – De eerste beginzels der Natuurkunde. – De Globe. – En de schouwing der Mensch en zyn verpligtingen in den Burgerstaat.

Op basis van andere advertenties volgt hier de inhoud van een aantal afleveringen:

¶ Nr. 1 heeft tot onderwerp ‘de Tydrekenkunde, – de Staatsgesteldheid van ons Vaderland,- ’t Erf-Stadhouderschap, – Geographie’ (Amsterdamse Courant 14 februari 1789). 
¶ Nr. 2: ‘de gronden der Natuurkunde en de kennis van een Opperwezen uit dezelve. – De eerste Bewooners dezer Landen en deszelfs legging. – De Oorspronk en voortgang der Zuiderzee, het Y, het Groninger Diep, Biesbosch en andere Meeren’ (Hof Courant 7 maart 1789).
¶ Nr. 3: ‘Behelsende in zig Leven der Eerstvaders voor den Vloed. – Huishouding Gods in den Tabernakel & Tempel. – Beschouwing der Mensch voor & na de Val. – de Wet der Natuur, nevens nog meer fraaije stukken […]’ (Ommerlander Courant 17 april 1789).
¶ Nr. 4: ‘Behelzende in zig Inkomsten der Vorsten uit ’t Huis van Oranje. – Beknopte Beschryving van Europa. – Eerste Bewooners der Nederlanden, Cimpersche Vloed. – Over den Sterren-Hemel en Omwenteling der Wereld om zyn Aspunten, en meer andere voor de Jeugd leerzaame Stukken […]’ (Amsterdamse Courant 7 mei 1789).
¶ Nr. 5: ‘behelst in zig de Mensch in betrekking tot zig zelf en zyn Evennaasten; tweede Tydperk des Oude Testaments; Geographische Beschryving der Globen; Verklaaring der Tweede Fabel wegens Saturnus, en meer andere fraaije Stukken’ (Amsterdamse Courant 9 juni 1789).
¶ Nrs. 7 en 8: ‘behelst in zig: Beschouwing der Zon, Maan en Sterren, de Planeeten en haare Bewooners. – Val des Menschen. – Zondvloed van Noach en Deucalion. – Stryd der Reuzen en Babels Toorenbouw. – Leven van Mozes en Historie der Kinderen Israëls. – Beschryving der Keerkringen. Beschryving der Brittannische Eilanden. Gesteldheid van Denemarken. Eerste Bewooners deezer Gewesten en Verbond met dezelve en Julius Caesar. – Nuttig en Noodzaaklyk  der Stadhouderlyke Regeering volgens Resolutie 1597, Linie van Prins Willem de Eerste, en meer andere weetenswaardige Stukken’ (Amsterdamse Courant 5 september 1789).
¶ Nr. 10: ‘behelst in zich de oplossing der Vraag: Of de Vorsten uit het Huis van Oranje na de Souvereiniteit staan of immer gestaan hebben? nevens de bron daar deeze Vraag uit voortgekomen is. – Aardrykskundige beschryving van Zweeden. – Algemeene Geschiedenis der Wereld, geduurende de Regeering der Joodsche Richteren, en de Geschiedenis der eerste Menschen, den Val derzelve, de bevolking der Aarde en de eerste Regeeringsform’ (Oprechte Haerlemsche Courant 19 november 1789).

Exemplaren
¶ Den Haag, Museum Meermanno: 106 J 007

Literatuur
¶ P.J. Buijnsters, ‘Nederlandse kinderboeken uit de achttiende eeuw’, in: Harry Bekkering e.a. (red.), De hele Bibelebontse berg. De geschiedenis van het kinderboek in Nederland & Vlaanderen van de middeleeuwen tot heden (Amsterdam 1989), p. 206.

Rietje van Vliet