Vriend van ’t Vaderland (1786-1787)

Titelbeschrijving
De Vriend van ’t Vaderland.

Periodiciteit
In de Amsterdamse Courant van 10 januari 1786 wordt geadverteerd voor nr. 2 van dit maandags weekblad. Er zijn 52 ongedateerde afleveringen verschenen. Het katern met titelblad en inhoudsopgave is blijkens het impressum uitgegeven in 1787.
Hoewel er een volledige jaargang werd volgemaakt, moet het debiet zijn tegengevallen. In de laatste aflevering wordt gesuggereerd dat de kritiek – het ‘eeuwig geprevel over de deugd en zedenverbetering’ – ertoe heeft bijgedragen dat een groot aantal lezers is afgehaakt. De redactie heeft geprobeerd het tij te keren met een ‘losser schryftrant, die minder ingespannenheid vereischte en eener grooter verscheidenheid in onze vertogen bragt’. Wat ook een oorzaak geweest kan zijn, aldus de redactie, was het vermeende gebrek aan binding met de lezer. De redacteuren zijn ‘zeer spaarzaam geweest in het plaatsen van verschillende ons toegezonden versen en verhandelingen’, maar moesten dit wel omwille van de kwaliteit van het blad en om het doel blijvend voor ogen te houden.

Bibliografische beschrijving
Iedere aflevering telt 8 doorgenummerde pagina’s in octavo (in totaal 416 pagina’s).

Boekhistorische gegevens
Het blad is uitgegeven ‘Te Amsterdam, by Johannes Allart’.

Medewerkers
Genoemde advertentie geeft de volgende informatie over de samenstelling van de redactie. Het weekblad is geschreven

door alom bekende Vaderland- en Godsdienst-lievende Mannen, waar van zich de eene PREDIKANT, de tweede DOCTER, en de derde ADVOCAAT noemt.

Dit drietal wordt door de advocaat, de spectatoriale verteller van het tijdschrift, in nr. 1 nader toegelicht. Algemeen wordt aangenomen dat achter deze verteller de Zwolse advocaat en schrijver Rhijnvis FEITH (1753-1824) schuilgaat.
Over de identiteit van de predikant en de arts bestaat geen duidelijkheid. Kandidaten zijn volgens Buijnsters (1963) de patriotse predikant Jean Louis VERSTER (1745-1814), vriend van Feith, respectievelijk de Zwolse patriotse arts Gerrit BODDE. Anderen schuiven voor de dominee als kandidaat naar voren Feiths vriend Jacob KANTELAAR (1759-1821) – deze gereformeerde predikant uit Almelo droeg in ieder geval twee grote opstellen aan het tijdschrift bij (nrs. 31-32 en 46-47) – of de Waalse predikant uit Amsterdam Petrus CHEVALLIER (1760-1825).
Zowel Van Sas (1987) als Johannes (2008) oppert de mogelijkheid dat het driemanschap een spectatoriale fictie is.

Inhoud
Patriots spectatoriaal blad met als oogmerk, aldus genoemde advertentie, ‘om, daar men zo veel aanwend ter verbetering van de Nationaale Volks-Rechten; ook eene proeve te neemen, om de NATIONAALE ZEEDEN te verbeteren’. Het blad roept op tot gematigdheid en onpartijdigheid en wil de oververhitte gemoederen kalmeren.
Tegelijkertijd steunt het blad, anders dan gebruikelijk bij spectators, openlijk een politieke stroming, in casu de patriottenbeweging. Het blad is bepaald niet a-politiek. Zedenverbetering wordt gezien als een ‘zeer Patriottische onderneming’. Interessant is het vertoog over het nut van burgeroorlogen en revoluties (nrs. 48-49):

Een Burgeroorlog [is] een wezenlyke zegen, die niet slechts Landen en Volkeren redt, maar dezeve gewoonlyk tot een vaster toppunt van Vryheid en grootheid brengt, dan ze te voren immer gekend hebben […]. (p. 378)

Sommige afleveringen zijn vertaald uit het Frans of het Duits.

Relatie tot andere periodieken
Voorbeeld was de Post van den Neder-Rhijn (1781-1787) van Pieter ’t Hoen: ‘dat achtingswaardige geschrift geeft ons dan stoffe genoeg om den avond vermaakelyk en leerzaam met elkanderen door te brengen’ (p. 4).

Exemplaren
¶ Leiden, Universiteitsbibliotheek: 399 C 25 (nrs. 1-52)
Full text

Literatuur
¶ Gert-Jan Johannes, ‘De Vriend van ’t Vaderland. Een intrigerend fiasco’, in: Pieter van Wissing (red.), Stookschriften. Pers en politiek tussen 1780 en 1800 (Nijmegen, 2008), p. 147-164, 328-330
¶ Niek van Sas, ‘Opiniepers en politieke cultuur’, in: F. Grijzenhout, W.W. Mijnhardt en N.C.F. van Sas (red.), Voor vaderland en vrijheid. De revolutie van de patriotten (Amsterdam 1987), p. 97-130, aldaar p. 106-107
¶ P.J. Buijnsters, Tussen twee werelden. Rhijnvis Feith als dichter van ‘Het Graf’ (Assen 1963), p. 48, 97

Rietje van Vliet