Wekelijksche Bode voor Nieuwsgierigen (1811)

Titelbeschrijving
Wekelijksche Bode voor Nieuwsgierigen.
¶ Spellingsvariant: Weeckelijksche Bode voor Nieuwsgierigen.
¶ Sautijn Kluit (1877) gaat ervan uit dat met deze titel wordt bedoeld de Schryver der Weekelyksche Bode voor Leesgierigen (1811). Buijnsters (1978) noemt dit blad abusievelijk de Weeklijksche Bode voor Leergierigen.

Periodiciteit
Er zijn volgens Kruseman (1889) van de Wekelijksche Bode voor Nieuwsgierigen slechts 7 nrs.  verschenen, een aantal dat niet overeenstemt met de 21 nrs. die Sautijn Kluit heeft gezien van de Schryver der Weekelyksche Bode voor Leesgierigen.
De uitgever van de Wekelijksche Bode voor Nieuwsgierigen had tegen de politie verklaard dat het geringe aantal afleveringen te wijten was aan het feit dat ‘in die eerste nommers het couranten-nieuws niet mogt geplaatst worden en niemant het nu begeerde te leezen’. Kruseman citeert ook de politie, die deze verklaring van de uitgever overbracht aan de prefect:

La feuille périodique, nommé dans cet état, a remplacé une autre qui a été interdite par ordre de la Police et qui portait le nom de Nieuws-Post, du quel le sieur van Kolm a été propriétaire dàs de son établissement.

Bibliografische beschrijving
Zoals alle blaadjes van deze uitgever zullen de afleveringen van de Wekelijksche Bode voor Nieuwsgierigen eveneens 4 doorgenummerde bladzijden in kwarto hebben geteld. Het titelblok bevat titel, vignet, volgnummer en jaartal.

Boekhistorische gegevens
Uitgegeven door Martinus van Kolm uit Amsterdam.

Inhoud
Volksblaadje.

Relatie tot andere periodieken
Niet te verwarren met de Schryver der Weekelyksche Bode voor Leesgierigen (1811) die, gezien het gesignaleerde verschil in het aantal afleveringen, een ander tijdschrift moet zijn geweest.
Het aangehaalde politierapport noemt De Weekelyksche Nieuws-Post (1790-1811) als voorloper van de Wekelijksche Bode voor Nieuwsgierigen.

Exemplaren
Geen exemplaar gevonden.

Literatuur
¶ P.J. Buijnsters, ‘Lijst der geschriften van mr. W.P. Sautijn Kluit over 18e-eeuwse periodieken’, in: Documentatieblad Werkgroep Achttiende Eeuw 1978, p. 15-22, aldaar p. 20.
¶ A.C. Kruseman, De Fransche wetten op de Hollandsche drukpers 1806 tot 1814 (Amsterdam 1889), p. 203-204
¶ W.P. Sautijn Kluit, ‘De reizende Nieuwsbode’, in De Nederlandsche Spectator (1877), p. 10 (overdruk).

Rietje van Vliet