Surinaamsche Nieuwsvertelder (1785-1793)

Titelbeschrijving
De Surinaamsche Nieuwsvertelder.

Periodiciteit
De eerste aflevering van dit donderdags weekblad verscheen op 9 juni 1785. Toen er voor het blad privilege werd verkregen van de Sociëteit van Suriname, werd het per 4 juli 1793 omgevormd tot de Weeklyksche Surinaamsche Courant (1793-1797)

Bibliografische beschrijving
De afleveringen tellen 8 pagina’s in octavo, in éénkoloms opmaak. In het titelblok staat het wapen van Suriname: twee negerslaven met pijl en boog, die het wapen van de Sociëteit van Suriname vasthouden. Hierin is zowel het wapen van Amsterdam als dat van de WIC (schip) herkenbaar.

Boekhistorische gegevens
Gedrukt en uitgegeven te Paramaribo door Willem Hendrik Poppelmann.
Poppelmann kocht in 1785 op een veiling de drukpers van Sara Johanna de Beer, weduwe Vlier, alsmede het privilege om een krant te mogen drukken. Zij wist echter met steun van anderen opnieuw een drukkerij in te richten en zette haar Weeklyksche Woensdaagsche Surinaamse Courant voort. Ervan uitgaande dat het een exclusief privilege was dat hij voor zijn Surinaamsche Nieuwsvertelder had verworven, bevocht Poppelmann tot in 1788 haar rechten als drukker en uitgeefster van een krant. Tevergeefs, want haar Weeklyksche Woensdaagsche Surinaamse Courant bleef voortbestaan, zij het zonder privilege.
Intussen was de Surinaamsche Nieuwsvertelder in het Surinaamse medialandschap al een regelmatig geziene gast. Het colofon van de krant van 1 mei 1788 luidt: ‘Dit blad word Weekelyks uitgegeeven by W: H: Poppelmann, ter Gepriviligeerde Drukkery der Eedele Directie en ’t Land’.
In augustus 1792 werd de drukkerij van Poppelmann, inclusief de Surinaamsche Nieuwsvertelder, overgenomen door Wolphert Weijer Beeldsnijder, kleinzoon van de eerste Surinaamse courantier Wolphert Jacob Beeldsnyder Matroos. Deze beschikte in 1774-1777 over een exclusief ‘privilege van drukpersse’ en vervaardigde in die tijd zelf de Weeklyksche Woensdaagsche Surinaamse Courant.
Toen de jonge Beeldsnijder in 1793 ook zelf het privilege van de Sociëteit van Suriname had gekregen, vormde hij per 4 juli 1793 de Surinaamsche Nieuwsvertelder om tot de Weeklyksche Surinaamsche Courant (1793-1797).

Medewerkers
Sens (2008) zoekt de medewerkers aan de Surinaamsche Nieuwsvertelder in de culturele kringen van Paramaribo, waar namen opduiken van onder anderen Hendrik Schouten, Paul François Roos, David Cohen Nassy, N.C. Lemmers en Willem Hendrik Poppelman zelf.
Alleen van Jacob VOEGEN VAN ENGELEN (1755-1803), sinds 1784 lector aan het ’s-Lands Hospitaal in Paramaribo, is zeker dat hij zijn medewerking verleende. In zijn Surinaamsche Artz van 2 oktober 1786 schrijft hij bijdragen te hebben geplaatst in de nrs. 13 t/m 15 van de Surinaamsche Nieuwsvertelder. De Surinaamsche Artz is overigens ook door Poppelmann gedrukt. Tot november 1787 levert ene A.D. een achttal satirische bijdragen.

Inhoud
Nieuwsblad, maar duidelijk met een spectatoriale opzet. Behalve binnen- en buitenlands nieuws staan er ook (Oosterse) vertellingen, vertogen, anekdotes in. Sens (2008) constateert dat de Surinaamsche Nieuwsvertelder, anders dan de Weeklyksche Woensdaagsche Surinaamse Courant, meer maatschappij- en cultuurkritische artikelen bevat.

Relatie tot andere periodieken
Concurrent was de Weeklyksche Woensdaagsche Surinaamse Courant (1774-1790) van Sara Johanna de Beer. Toen deze krant was opgehouden te bestaan lag voor Poppelmanns opvolger Wolphert Weijer Beeldsnijder in 1793 de weg vrij om te kiezen voor een sterk gelijkende titel: de Weeklyksche Surinaamsche Courant (1793-1797). De keuze getuigt van een zekere mate van nostalgie, aangezien zijn grootvader Beeldsnyder Matroos ooit zelf courantier was geweest van de Weeklyksche Woensdaagsche Surinaamse Courant.

Exemplaren
¶ Amsterdam, Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis: NIBG (Perscollectie) PM 14579 (nr. 360, 26 april 1792; nr. 363, 17 mei 1792)
¶ Leiden, Universiteitsbibliotheek: 664 E 2: 1 (nrs. 397-421, 10 januari t/m 27 juni 1793)
¶ Full text via Delpher (enkele exemplaren)

Literatuur
¶ Angelie Sens, ‘“Eerstelingen van Surinaamsche couranten”. De vroege Surinaamse pers, 1774-1816′, in: Archie Sumter e.a. (red.), K’ranti! De Surinaamse pers, 1774-2007 (Amsterdam 2008), p. 15-35, aldaar p. 21, 23-27.
¶ Michiel van Kempen, Een geschiedenis van de Surinaamse literatuur, deel 3 (Paramaribo 2002), p. 82-83
¶ Michiel van Kempen en Hugo Enser, ‘Surinaamse kranten en hun vindplaatsen. 1774-2000’, in: Oso. Tijdschrift voor Surinaamse Taalkunde, Letterkunde en Geschiedenis 2 (2001), p. 263-286.

Rietje van Vliet